Er was eens een kaboutertje met een mini-mini-mini-mini-mini-hondje met grĂ³te oren. Toen het kaboutertje met het mini-mini-mini-mini-mini-hondje ging wandelen in het bos, begon het te waaien. Opeens was er een grote windstoot- woesh en het mini-mini-mini-mini-mini-hondje vloog omhoog in de lucht helemaal tot bij een toverregenboog. En weet je wat het mini-mini-mini-mini-mini-hondje toen deed? Hij gaf de toverregenboog een likje – lik en zijn roze tongetje kreeg alle kleuren van de regenboog. Toen het mini-mini-mini-mini-mini-hondje teurgwandelde naar zijn kabouterbaasje, deed hij een pipi’tje tegen de boom – pssssssssss en de boom kreeg alle kleuren van de regenboog. Toen het mini-mini-mini-mini-mini-hondje zijn kabouter-baasje teruggevonden had, gaf hij hem wel 100 likjes – lik/lik/lik/lik… en het kabouter-baasje kreeg alle kleuren van de regenboog. Toen ze terug in het kabouterdorpje kwamen, vonden alle kabouter-meisjes het kaboutertje zo mooi dat ze met hem wilden trouwen. ’s Avonds was er een groot trouwfeest en ze dansten en ze zongen en het mini-mini-mini-mini-mini-hondje kreeg wel 100 koekjes als beloning. Van al die koekjes eten werd het mini-mini-mini-mini-mini-hondje heel moe en hij ging slapen in zijn mandje in alle kleuren van de regenboog.
Slaap wel kaboutertje – slaap wel hondje – slaap wel Maximmeke.
Een speciaal “van-mama-voor-haar-liefste-zoontje” verhaal
(en neen, daar mag niets, neen echt niets aan veranderd worden, neen ook niet nadat ik dit al 15 avonden na elkaar heb moeten vertellen, en neen het hondje mag niet naar ergens anders waaien… zucht)
Slaap zacht mijn -lichtjes starre- zoontje
en voor alle zekerheid schrijft mama het dus maar hier op, want na al die jaren met niet zo flink slapende kindjes is het geheugen van mama niet meer wat het ooit geweest is!